Constructieve flexibiliteit moet zo snel mogelijk gaan meetellen in de duurzaamheidsberekeningen van gebouwen. Daarvoor pleit ir. Pim Peters, directeur van IMd Raadgevende Ingenieurs. Hij treedt op 1 juni toe tot het expertpanel van het kennisplatform Duurzaam Gebouwd. “Labels als GreenCalc gaan uit van een levensduur van slechts 35 jaar. Maar met een slimme constructie kan een gebouw makkelijk 135 jaar mee. Toch telt dat nu niet mee in de berekening van de milieulast van een gebouw – dat moet dus anders.”
Bouwkundig en installatietechnisch zijn gebouwen relatief eenvoudig aan te passen. Maar of gebouwen inderdaad worden hergebruikt, hangt vooral af van de constructie. Hoe flexibeler, hoe meer functies in de toekomst mogelijk zijn. Die flexibiliteit kost geld. Deze meerkosten vertalen zich in de huidige duurzaamheidsberekeningen niet in lagere milieukosten. En dus is het soms lastig om zo’n slimme constructie gerealiseerd te krijgen, stelt Peters vast.
“Innovatieve vloersystemen bijvoorbeeld maken dat een gebouw veel langer gebruikt kan worden en verlagen zo de milieukosten. Die extra duurzaamheid ziet de opdrachtgever nu niet terug in de berekeningen, maar de hogere investeringskosten wél. Het is natuurlijk vreemd dat een gebouw dat 35 jaar meegaat net zo goed scoort op milieugebied als een gebouw dat 135 jaar in gebruik kan blijven. Bestaande duurzaamheidslabels moeten dit aspect gaan meewegen.”
Vanaf 1 juni is Peters verbonden aan het expertpanel van het kennisplatform Duurzaam Gebouwd. Het panel is een select gezelschap van deskundigen die regelmatig op de site en in het gelijknamige tijdschrift het onderwerp vanuit hun eigen specialisme belichten. Eerder publiceerde Peters samen met mede-directeur ir. Remko Wiltjer onder meer de vijf belangrijkste criteria voor duurzaam construeren.
IMd werkt momenteel ook aan de ontwikkeling van de ontwerptool Duurzame constructies. Hiermee kunnen ingenieurs al in de ontwerpfase de duurzaamheid van constructies berekenen en verschillende varianten onderling vergelijken. De huidige duurzaamheidslabels zijn pas bruikbaar als het ontwerp al nagenoeg klaar is.