Stadions die voor grote sportevenementen worden gebouwd, zijn bijna altijd zwaar verliesgevend. Ir. Marcel Klomp van het Rotterdamse ingenieursbureau IMd ontwikkelde een alternatief: een mobiel stadion dat organisatoren voor de duur van het evenement kunnen huren. De kosten van zo’n demontabel, verplaatsbaar stadion zijn slechts 22 procent van die van een traditioneel stadion. Vrijdag 24 mei studeert Klomp op dit onderwerp af aan de TU Delft.
De inkomsten van stadions die speciaal voor grote, internationale sportevenementen worden gebouwd, vallen na het evenement bijna altijd zeer aanzienlijk terug. Vaak zijn de baten niet eens voldoende om de lopende kosten te dekken, laat staan om de rente op de lening voor de bouw af te betalen. Het gevolg is dat stadions zoals die iedere twee jaar voor evenementen als het WK voetbal en de Olympische Spelen worden gebouwd, al snel in verval raken. Hetzelfde geldt voor de omgeving van de lege stadions.
Ir. Marcel Klomp van IMd Raadgevende Ingenieurs benaderde de opgave van de andere kant. Is het mogelijk om in plaats van permanente stadions te bouwen, gebruik te maken van een tijdelijk stadion? Een stadion dat wordt gehuurd voor de duur van het evenement en daarna weer wordt gedemonteerd en opgehaald door de eigenaar. Klomp ontwikkelde niet alleen de techniek voor zo’n mobiele megaconstructie, maar onderzocht ook in detail de businesscase.
Klomp: “Het demontabel en transporteerbaar zijn stelt heel andere eisen, zoals aan het dak, de tribune en de fundering. Daarvoor heb ik diverse varianten uitgewerkt. Alle onderdelen moeten voor het vervoer in zeecontainers passen. Zou je de tribune van een betonnen stadion in containers willen stoppen, dan heb je er 297 nodig. In mijn voorstel zijn dat er maar 38. Behalve het volume speelt ook het gewicht een grote rol. Het demontabele stadion is niet van beton, maar hoofdzakelijk van aluminium en staal.”
Voor de businesscase heeft Klomp de levensduurkosten van een standaard stadion en een mobiele variant onderzocht. Een permanent stadion vraagt een hoge investering; vooral de rentecomponent drukt zwaar op de begroting. Een demontabel stadion bouwen is weliswaar ook duur – duurder zelfs dan een niet-demontabel stadion, onder meer in verband met de transport- en op- en afbouwkosten – maar de winst zit daarin dat het stadion tijdens de levensduur keer op keer hoge inkomsten genereert.
Als het demontabele stadion gedurende de levensduur van dertig jaar acht keer wordt ingezet, zijn de kosten voor de huurder slechts 22 procent van die van een eigen, permanent stadion. Natuurlijk spelen er meer aspecten mee dan alleen techniek en kosten, aldus Klomp: “Bij grote evenementen speelt ook de uitstraling een grote rol. Het centrale, vaak iconische stadion zal niet snel worden vervangen door een huur-stadion. Maar er zijn vaak vijf tot zes andere stadions nodig. Vooral daarvoor is ‘huren’ een interessante optie.”